Feeds:
Berichten
Reacties

Archive for september, 2010

Het is vaak vreemd om te merken dat onze hele maatschappij is gebaseerd op ratio. De wetenschap is leidend en op onze scholen wordt voor 99% aandacht besteed aan de cognitieve aspecten van leren. Ik kan me een interview herinneren met Remco Claassen: “op school leer je van alles, behalve wie je zelf bent.” En daar zit een ontzettende kern van waarheid in. Pas als je op de universiteit komt, wordt er van je gevraagd om zelf na te denken (nog steeds cognitief!). Daarnaast leer je jezelf kennen door op jezelf te gaan wonen, maar dat moet je nog altijd helemaal zelf doen.

Het rationele aspect druist ook volledig in tegen de steeds socialer wordende maatschappij. Tijdens IQ testen wordt onderscheid gemaakt tussen het performale en het verbale deel, tussen de cijfers en de taal (kort door de bocht). Wat blijkt: kinderen ontwikkelen zich steeds minder performaal en steeds meer verbaal. Je hoeft ook niet meer te kunnen rekenen, dat doet de computer voor je. Er wordt bij kinderen vooral een groot beroep gedaan op de sociale vaardigheden (maar nog steeds niet in de les). We proberen eigenlijk specialisten op te leiden, maar weten diep van binnen dat er steeds meer generalisten komen.

En dat zorgt voor een clash tussen oud en nieuw denken. Waar de jongere generatie behoefte heeft aan persoonlijke ontwikkeling, worden zij nog altijd in het rationele geduwd. Het gaat om de kennis! Kennis is macht! Maar niet lang meer. Door internet is kennis onderhevig aan hyperinflatie. In de toekomst gaat het er niet meer om welke kennis je hebt, maar veel meer hoe je die toepast. En daarvoor zijn de vaardigheden, maar vooral persoonlijkheid (attitude/houding) nodig. Het gaat er niet meer om wat je kunt, maar om wie je bent!

Ik zou het persoonlijk mooi vinden als hier meer aandacht voor komt. En niet alleen op scholen, maar ook bij recruiters. Je moet niet alleen kijken naar het verleden (hoeveel werkervaring), maar vooral naar potentie. Kan deze persoon zich ontwikkelen tot een geweldige […]? En voor ontwikkeling, moet je niet alleen kijken naar kennis, maar vooral naar de mens achter de kennis. Want je hebt persoonlijkheid nodig om het echt ver te brengen!

Read Full Post »

Ik volg al een tijdje de website 20something.nl: hét online lifestyle magazine voor en door twintigers (zo noemen ze het zelf). Elke dag komen er weer verhalen voorbij die ontzettend herkenbaar zijn voor mij en mijn leeftijdsgenoten. Maar vandaag kwam er wel een hele mooie voorbij: Tien stellen die je beter kunt proberen te mijden. Echt super herkenbaar en grappig.

Twee voorbeeldjes (lees zeker de andere ook!):

5 Het eeuwige kleffe stel – ,,Ahw poepsiewoepsie snoepiewoepie!”
Als je bij dit stel op de koffie bent, heb je soms werkelijk het gevoel dat je in het niets bent opgelost. Je kunt roepen, breed zwaaien met je beide armen, rooksignalen afgeven of zelfs een lawinepijl lanceren: ze hebben het te druk met elkaar. Soms is de situatie zelfs zo ongemakkelijk, dat jij het gevoel hebt naar een erotisch voorspel te kijken, terwijl het koffiezetapparaat aan het pruttelen is. Nu is er natuurlijk niets mis mee om in het begin maar moeilijk van je nieuwe liefde af te blijven. Maar na anderhalf jaar samen mag je toch wel verwachten dat de huig-inspecties zich zijn gaan beperken tot momenten waarbij geen toeschouwers aanwezig hoeven te zijn… Helaas, dit stel krijgt er geen genoeg van. Jij daarentegen…

6 Het stel met de carrieres – ,,Ikea? Nee sorry dat is toch geen desihign?
Als je hier op de bank ploft, zie je dat het stel een pijnlijke uitdrukking krijgt op het gezicht. Ze vragen je nog net niet of je iets rustiger aan zou kunnen doen, vanwege de gevoelige stof van de bank. Dit stel lijkt hun leven al zo op de rails te hebben, dat je het gevoel hebt dat je er als een lulletje rozenwater bij zit met je net afgeronde studie en je bijbaantje in de plusmarkt. Het is één ding dat dit stel uit twee carrieretijgers bestaat, maar veel ruimte om over andere dingen te praten dan hun werk is er niet meer. De vaktermen vliegen je om de oren en je hebt na een avond met dit stel geen benul meer van of je van voren of van achteren leeft.

Read Full Post »

Ik heb altijd al een haat/liefdeverhouding gehad met mijn C.V. Niet zozeer om wat er instaat (er staat verdomd veel in voor mijn leeftijd), maar meer om de manier waarop het er staat. Ik ben iemand die de dingen altijd nét op een andere manier wil aanpakken (waarschijnlijk was je dat al wel opgevallen als je mijn blog volgt). Een standaard C.V. format kan ik daarom niets mee. Sterker nog: bij het woord ‘format’ krijg ik al de rillingen over mijn rug.

Maar hoe ga je dat dan doen? Ik had besloten mijn C.V. niet functioneel in te delen, maar chronologisch. Ik had de verschillende tijdsperioden uit mijn leven als uitgangspunt genomen, omdat ik vaak ben verhuisd voor een ‘carrièremove’ (voor zover je daar op mijn leeftijd van kunt spreken). Leuke opmaak erbij: apart, maar stijlvol lettertype dat niet in Windows is ingebakken. Mooie uitvulling, tabs, plaatjes, foto van mezelf prominent op de pagina. Ik dacht: dat moet opvallen!

En dat doet het ook. Ik heb het nog niet meegemaakt dat er geen opmerkingen over zijn gemaakt. Enerzijds wordt mijn originaliteit geprijsd en anderzijds wordt me ook telkens weer verteld dat buiten de gebaande paden lopen niet altijd handig is. Een P&O adviseur wil snel door een C.V. kunnen bladeren en niet worden tegengewerkt door onduidelijke en onleesbare formats. Ik kreeg letterlijk een keer te horen van een P&O adviseur: “de opmaak van je C.V. is erg onduidelijk en ik denk dat je het jezelf hiermee moeilijker maakt. Het is wel zo dat onze manager ontzettend gecharmeerd was en je er direct uitpikte. Maar je moet het wel aanpassen om… Ach, je moet het ook gewoon niet aanpassen. Het geeft weer wie je bent…”

Misschien geeft dat wel weer hoe het nu loopt: ik maak het mezelf moeilijker door buiten de gebaande paden te gaan. Maar goed: that’s me. Er zal toch heel wat moeten gebeuren om mij binnen de gebaande paden te laten lopen, maar misschien is het slimmer een gulden middenweg te vinden, waar iedereen zich in kan vinden. Maar voor wie schrijf ik mijn C.V.: voor mezelf? Voor de P&O adviseur? Voor de manager? Voor mijn nieuwe collega’s? Voor allemaal? Iemand ideeën, tips?

Read Full Post »

Deze vraag kregen wij naar aanleiding van ons generatie-event van april jl.

Dit onderwerp boeit me enorm, niet alleen voor de werkomgeving, maar ook binnen het (professionele) netwerk. Sociale media als LinkedIn, Facebook, Plaxo, Twitter enz. bieden veel mogelijkheden, maar worden die ook optimaal door de verschillende generaties benut in de onderlinge communicatie. En hoe zit het met de ‘ouderwetse’ verenigingen? Bij de diverse bijeenkomsten in den lande van de vele facility management verenigingen kom ik steeds weer de enigszins belegen koppen tegen. Hoe kunnen we deze real life netwerken weer interessant maken voor de young professional en student? Dat is niet alleen voor de jongere van belang, maar zeker ook voor de meer ervaren manager. Suggesties?
Het klopt inderdaad dat onze generatie op een andere manier bijeenkomsten afloopt. Het is in ieder geval niet zo dat we het minder doen, maar wel anders. Ik weet van mezelf in ieder geval dat ik het een stuk leuker vind om kleinschalige bijeenkomsten te bezoeken. Daar haal je zelf veel meer uit en je krijgt meer persoonlijke aandacht. De grote congressen met honderden mensen waarin je ongeveer 2 minuten spreektijd krijgt in kleine zaaltjes trekken mij een stuk minder. Dan ga je aan het einde van de dag toch vaak met een leeg hoofd naar huis.
Diepgang is hierbij wel een toverwoord. En dan hoeft het niet eens met bekenden te zijn. Ik heb al verschillende netwerkjes via LinkedIn, van mensen die ik echt niet kende. En toch ontzettend goede gesprekken. Kernvraag: What’s in it for me?!
Daarnaast is het ook zo dat ik het zelf prettig vind om met generatiegenoten te praten, omdat je in hetzelfde schuitje zit. Er is dan al meer sprake van gelijkwaardigheid en meer toegevoegde waarde. Anders worden de jongeren snel in het hoekje gedrukt: wat weet jij er nu van?
Kortom: zorg dat er ruimte is voor persoonlijke inbreng. Onze generatie is gewend om zelf aan het roer te staan en niet alleen maar te consumeren. Vergelijk het maar met games: je zit niet alleen te kijken of luisteren, maar bent actief bezig met het beïnvloeden van het verhaal.

Read Full Post »

Ik verbaas me er vaak over dat er zo ontzettend ingewikkeld wordt gedaan over verandering. Hele ladingen managementmodellen worden naar binnen gesleept en vanuit de ivoren toren wordt bedacht hoe het allemaal zo mooi had kunnen zijn.

En dat alles terwijl het uiteindelijk vooral om liefde en aandacht gaat. That’s all. Je moet laten zien dat er licht gloort aan de horizon en dat moet je op alle mogelijke manieren doen. Aandacht geven is daarbij essentieel. Neem de mensen mee in de verandering, hou ze op de hoogte en zorg dat ze zelf een zegje hebben in het hele proces.

Niets is zo vervelend als te horen dat de mensen die er niks mee te maken hebben, meer weten dan jijzelf: de persoon waar de verandering bij terecht komt. En niets is zo vervelend als het pas te horen krijgen als alles al is bedacht. Niet zo raar dat mensen met de hakken in het zand gaan, toch? Het zijn ook maar mensen. Hoe zou je zelf behandeld willen worden? Je wil toch zelf ook aan de touwtjes trekken?

Read Full Post »

Read Full Post »

Teleurstellingen zoek je uiteraard niet, die kom je tegen. Sterker nog: die overkomen je (anders hoefde het je niet teleur te stellen).

In mijn zoektocht naar nieuw werk heb ik de eerste teleurstelling moeten incasseren. En dat kwam niet eens door de afwijzing op basis van CV/brief (altijd lullig), maar op basis van het eerste gesprek. Soms denk je na het gesprek gewoon zeker te weten dat het goed of fout is gegaan. Deze keer wist ik het zeker: I’ve nailed it! En daar was ik niet alleen zeker van, de helft van de andere kant van de tafel wist het zelfs ook zeker. Deze persoon sprak het zelfs uit.

Met zelfvertrouwen ging ik daarom de volgende dag het telefoontje tegemoet. En helaas: het mocht niet zo zijn. De andere helft van de tafel was er minder zeker van. En ergens wist ik dit ook wel, maar ik heb me laten leiden door de persoon die wel positief was. Naïef, ik weet het. Ik ben ook maar een mens…

Maar toch blijft het zuur. Ik ging er namelijk van uit dat het anders zou aflopen. En daar hou je toch altijd een vervelend gevoel aan over. Even doorbijten. There’s plenty more fish in the sea. Gelukkig maar ;-)

Read Full Post »

Bij toeval kwam ik lang de volgende website:

How to treat the Dutch… and how to avoid becoming one.

Herkenbaarheid ten top. Echt hilarisch. Drie voorbeelden:

3. What is “Drop”?
Drop is a kind of liquorice that only the Dutch can eat.
It can be recognized by its color: black.
To foreigners the taste is a cross between printer ink (blue) and earwax.
All the Dutch absolutely love it and eat kilos of the vile stuff.
If you like to eat this, you are a Dutchman.
There is a nationwide conspiracy to look at the faces of foreigners
who are tricked into believing it is edible.

6. I cant seem to reason with any Dutchman, why is that ?
A Dutchman is always right and he knows it.
With this in the back of your mind it is easy to deal with most of them.
If ever you get into an argument with a Dutchman, tell him that he is
absolutely right and that you see the error of your ways.
This will drive him absolutely crazy:
Since you are a foreigner you can’t be right.
You agree with him.
Therefore he also cannot be right.
Impossible! He is Dutch!
But.. why.. he..aaaaarrrrgglll..
At this point you may want to stand back a little and watch him try to
strangle himself with a tulip.

14. How is the public transportation in the Netherlands?
Because of its small size, the main form of public transportation
in the Netherlands is a bike.
Feel free to take any bike of which you are able to pick the lock.
(An art learned by Dutch children before the age of 3)
However, don’t expect your own bike to be where you left it three
minutes earlier.
The hunting season for bikes is open 365 days a year.
Have fun.

Read Full Post »

Nu ik weer een vrij man ben, heb ik in mijn eerste week als werkzoeker gelijk een belangrijke eerste stap gezet. Ik ben namelijk gaan netwerken. Veel mensen hebben daar moeite mee, maar m.i. gaat het er vooral om de goede netwerken uit te kiezen. Je kunt moeilijk binnenstappen bij een alumnibijeenkomst, waar je toentertijd op geen enkele manier mee geassocieerd wilde worden. Je kunt ook moeilijk binnenstappen bij een borrel waar je helemaal niemand kent.

De kunst van het netwerken ligt daarom in haakjes. Je moet haakjes hebben om ergens binnen te komen, én als je eenmaal binnen bent, verder te komen. Dit verder komen doe je namelijk niet alleen. Je moet haakjes hebben: “Goh Sietse, ik wil je voorstellen aan…”. En wees ook gerust: je hoeft echt niet gelijk succes te hebben. Volgens mij had ik gisteren niet gelijk beet (not that I’m aware of). Een beetje geduld is daarom niet verkeerd. Toen ik gisteren meedeed aan een event, wist ik niet dat er mensen zouden komen die ik ken.

Gelukkig zag ik binnen de eerste minuten al een aantal bekende gezichten rondlopen. Dan loop je toch net iets meer zelfverzekerd rond op zo’n dag. Het voelt namelijk altijd raar om met iemand te gaan praten die ook alleen staat. Want dat is toch ook wel het meest awkward moment van een borrel: jouw praatmaatje gaat even weg en daar sta je dan. Moederziel alleen en het gevoel dat iedereen je aankijkt: “Die heeft niemand om mee te praten…” En dat gevoel wordt gelukkig ook steeds minder, naarmate je meer geoefend raakt.

Oefening is namelijk niet verkeerd. Ik ben pas een paar jaar geleden begonnen met netwerken en ik moest echt met niets beginnen. Sommige mensen hebben het talent vanzelf, bij mij moest het groeien (niet dat ik hiermee zeg dat ik er talent voor heb). En je hoeft echt niet direct op het hoogste niveau mee te doen. Meekijken kan ook al helpen, maar zorg dan wel dat je iemand bij je hebt (haakje!).

En dan heb ik het alleen nog maar over netwerken in levende lijve! Volgende keer iets over netwerken via LinkedIn…

Read Full Post »

Ik ben absoluut geen fan van Brigitte Kaandorp, maar deze is hilarisch. Thanks Henriëtte!

Read Full Post »

Older Posts »